Gierzwaluw (apus apus) |
||||
Grootte: 16-17 cm, 31-56 gram Spanwijdte: 42-48 cm
Nestjongfase: variabel, 37-56 dagen, afhankelijk van het weer. Beide ouders voeden2)
|
De poten van een gierzwaluw zijn weinig meer dan een bundeltje van vier kromme, dunne klauwen. Als hij op de grond terechtkomt kan hij bijna niet meer wegvliegen. Het nestelt in holen en steile klifkusten, en vooral tegenwoordig op zolders van huizen waar hij via roosters en gaten onder de dakrand invliegt. Slapen doet de vogel in volle vlucht op een hoogte van ca 2 km. Heel af en toe klapwiekt hij in zijn slaap om op hoogte te blijven. Zelfs de paring vindt vliegend plaats; het mannetje klemt zich vast aan het vrouwtje en samen zweven ze een paar seconden naar beneden. De gierzwaluw drinkt door laag over het water te scheren. Er zijn gierzwaluwen 18 jaar oud geworden, die in hun leven zo'n 6,5 mln kilometer afgelegd hebben! De vogels vormen jarenlang een stel. |
|||