Bosrietzanger (Acrocephalus palustris)

Engelse naam:marsh warbler 
 
Duitse naam: sumpfrohrsanger
 
Franse naam: rousserolle verderolle
 

Grootte: 12,5 cm lijkt sterk op een karekiet

Spanwijdte: 

Biotoop: Verruigde rietvelden en middelhoge ruigtekruidenvegetatie met veel brandnetels, vaak bij bosjes. Niet altijd aan water gebonden. Daar waar de Kleine Karakiet zingt in het riet, doet de Bosrietzanger dat meer vanuit de bosjes. 
 
Voorkomen: 
Voedsel:
 
 
Broedduur:  2 weken  1)
Broedperiode: laat mei - juli in drassige terreinen, wilgen en elzenbosjes, soms in korenvelden en tuinen.
  
Nest: meestal ca 0,5 m boven de grond met hengsels hangend aan stengels. Het is een voornamelijk door het wijfje los geweven, ondiepe kom gemaakt van halmen en stengels en bekleed met fijn gras, wortels, haar en soms wat wol of pluis.
 
Eieren: 4-5 door beide seksen bebroed.

Nestjongfase:  2)

 

 

 

 
1) Gemiddelde broedduur: Ligduur in dagen, gerekend vanaf legdatum tot uitkomstdatum, van het eerstgelegde ei.
2)